Blaasontsteking vrouw – oorzaken, klachten en behandelingen

Een blaasontsteking is een ontsteking van de binnenkant van de blaas, die wordt veroorzaakt door bacteriën. Deze bacteriën blijken meestal afkomstig te zijn uit de darmflora. Het komt bij vrouwen vaker voor dan bij mannen. Meestal zijn de klachten vaak plassen, kleine beetjes plassen en pijn bij plassen. Een blaasontsteking wordt ook wel een urineweginfectie of cystitis genoemd.

Dr. Dick Janssen Arts

U kunt voor terugkerende blaasontstekingen alleen via de uroloog naar Andros doorverwezen worden, niet door de huisarts.

Dr. Dick Janssen Arts
Dr. Dick Janssen Andros Blaascentrum

Vaker bij vrouwen

De opening van de urinebuis (plasgaatje) ligt bij vrouwen dichter bij de anus met bijbehorende bacteriën dan bij de man. Ook is de urinebuis bij vrouwen veel korter. Bacteriën hoeven bij vrouwen dus maar een kortere weg af te leggen om de blaas te bereiken.

Blaasontsteking Vrouw Chronische of Terugkerende

 

Oorzaken blaasontsteking vrouw

Een blaasontsteking wordt veroorzaakt door bacteriën. Factoren die het ontstaan van urineweginfecties kunnen beïnvloeden zijn:

  • een afwijkend plaspatroon
  • onvoldoende drinken
  • aandoeningen zoals diabetes, nierfunctiestoornissen en verminderde weerstand
  • inbrengen van katheter

Een blaasontsteking is niet besmettelijk of overdraagbaar. U kunt de blaasontsteking dus niet doorgeven.

Klachten bij blaasontsteking vrouw

De belangrijkste symptomen van een blaasontsteking zijn:

  • Vaak plassen en kleine beetjes plassen.
  • Pijn met plassen.
  • Vaak troebele en sterk geurende urine.
  • Soms ook bloed aan het einde van de plas.
  • Soms is er een lichte temperatuurverhoging.
  • Soms zijn er wat klachten in de onderbuik en zij.
  • Meestal ook een algemeen onwel gevoel.

Heeft u wel dit soort klachten heeft maar geen blaasontsteking? Lees dan verder over blaaspijnsyndroom 

Drs. Erik Arendsen Uroloog

Als het voelt als een blaasontsteking maar geen bacteriën in de urine gevonden worden, kan het ook blaaspijnsyndroom zijn.

Drs. Erik Arendsen Uroloog
Drs. Erik Arendsen Andros Blaascentrum

Blaasontsteking bij huisarts

Blaasontstekingen worden meestal eerst door de huisarts behandeld. Om een blaasontsteking aan te tonen kan de urine worden nagekeken. Het urinesediment kan worden onderzocht.  Bij een blaasontsteking wordt meestal het stofje nitriet gevonden dat door bacteriën wordt geproduceerd. Daarnaast worden er meestal ontstekingscellen en soms ook rode bloedcellen gevonden.

Een makkelijke methode is een zogenaamde stick waarbij het papiertje verkleurt en zo de infectie wordt aangetoond. Als het belangrijk is om te weten welke soort bacterie de infectie veroorzaakt, kan een urinekweek worden gemaakt.

De blaasontsteking die veel klachten geeft zal meestal bestreden worden met medicijnen zoals antibiotica. De keuze van het antibioticum hangt af van de gevoeligheid van de ziekteverwekker en van de resistentie die de medisch microbioloog kan nagaan na het verrichten van een kweek.

Als de blaasontstekingen echter steeds terugkomen of chronisch worden, kan de huisarts u doorverwijzen naar een uroloog bij een ziekenhuis.

Blaasontstekingen worden in principe behandeld door de huisarts. Bij vaak terugkerende blaasontstekingen moet u soms worden doorverwezen. U komt dan bij de uroloog in het ziekenhuis. Als in het ziekenhuis blijkt dat uw blaasontstekingen complex zijn, kunt u door de uroloog worden doorverwezen naar het Andros Blaascentrum. U kunt voor blaasontstekingen dus niet rechtstreeks door de huisarts worden doorverwezen.

Chronische blaasontstekingen of terugkerende blaasontstekingen

Andros Clinics is een gespecialiseerde kliniek voor blaasproblemen. We werken vanuit een multidisciplinaire aanpak. Dat wil zeggen dat onze artsen, urologen en gespecialiseerde verpleegkundigen, ook intensief samenwerken met onder andere bekkenfysiotherapeuten en diëtisten.

Heeft u last van steeds terugkerende blaasontstekingen die ondanks antibiotica steeds weer terugkomen? Dan is het belangrijk om uit te zoeken wat de achterliggende oorzaak hiervan is.

Wat als het geen blaasontsteking is?

Pijn bij plassen maar geen blaasontsteking? Pijn in blaas geen blaasontsteking? Symptomen blaasontsteking maar urine schoon? Lees dan verder over blaaspijnsyndroom

Druk op blaas maar geen blaasontsteking? Geen pijn maar u moet wel heel vaak plassen? Lees dan verder over overactieve blaas

Oorzaken chronische of terugkerende blaasontstekingen

Heeft u last van steeds terugkerende blaasontstekingen die ondanks antibiotica steeds weer terugkomen? Dan is het belangrijk om uit te zoeken wat de achterliggende oorzaak hiervan is.

Ons multidiscipliniaire team onderzoekt:

  • Welke factoren bij u het risico op het krijgen van een blaasontsteking vergroten.
  • Of u goed leeg kan plassen en waarom u niet goed leeg kan plassen. (bekkenfysiotherapie, urologie)
  • Of uw plasgedrag en leefstijl aangepast moet worden. (bekkenfysiotherapie, urologie, zo nodig diëtist)
  • Uw hormonale status en slijmvliezen van de vagina en plasbuis (gynaecologie). Dit is belangrijk omdat gezonde slijmvliezen bescherming bieden tegen bacteriën.

Slecht plassen

Als het plassen niet meer goed gaat, kan er urine achterblijven in de blaas. Dit zogenoemde residu vormt een voedingsbodem voor bacteriën die een blaasontsteking kunnen veroorzaken. Residuen na het plassen zijn dan ook een grote risicofactor voor het krijgen van een bacteriële blaasontsteking.

Moeilijk uitplassen

Moeilijk kunnen uitplassen heeft verschillende oorzaken: obstructieve aandoeningen of een zwakke blaas (hypocontractiele blaas).

Obstructieve aandoeningen

Bij obstructieve aandoeningen wordt de plasbuis deels geblokkeerd (obstructie). Hierdoor moeten de spieren in de blaas harder werken om de blaas leeg te knijpen. Bij vrouwen kan het veroorzaakt worden door bijvoorbeeld een verzakking, waardoor de plasbuis als het ware knikt. Tevens kan dit veroorzaakt worden door een overactieve bekkenbodem of een onderliggende neurologische aandoening.

Zwakke blaas

Bij patiënten met een hypocontractiele blaas zijn de spieren in de blaas verzwakt waardoor de blaas niet meer goed kan leegknijpen. Dit kan komen door een verstoord plasgedrag, langdurig met een obstructieve aandoening rondlopen of een onderliggende neurologische aandoening.

Vaak is het gevoel vanuit de blaas verminderd en wordt niet op tijd naar het toilet gegaan. Hierdoor wordt de blaaswand en de spierlaag dunner en zwakker. Dit zijn vaak langzame processen waar jaren overeen gaat voordat het een probleem wordt. Plassen gaat met scheutjes of druppelsgewijs. Doordat niet goed wordt leeg geplast krijgen patiënten vaak last van bacteriële blaasontstekingen.

Behandeling chronische blaasontsteking of terugkerende blaasontstekingen

Er zijn meerdere behandelmethodes of combinaties hiervan mogelijk zoals medicijnen, neurostimulatie (PTNS) en blaasspoelingen. Deze behandelingen worden in sommige gevallen nog ondersteund door bekkenfysiotherapie, gynaecologie of dieetaanpassingen onder begeleiding van een diëtist.

Blaasontsteking en antibiotica

Helaas is antibiotica resistentie een steeds groter probleem aan het worden in de maatschappij. Veelvuldig antibiotica gebruik is hiervan de oorzaak. Terugkerende blaasontstekingen geven een verhoogd risico op antibiotica resistentie. Wij proberen, waar het kan en veilig is, het gebruik van antibiotica zo veel mogelijk te beperken.

Wij begeleiden u zo goed mogelijk om risicofactoren op het krijgen van bacteriële blaasontstekingen te verminderen. We hebben ervaring met GAG blaasspoelingen om de natuurlijke bescherming van het blaasslijmvlies te versterken. Ook werken we met gentamicine blaasspoelingen om hardnekkig terugkerende blaasontstekingen te bestrijden.

Bekkenfysiotherapie

Een goede controle van de bekkenbodem is essentieel om goed te kunnen plassen en de plas binnen te houden. De bekkenfysiotherapeut kan u, indien nodig, helpen bij het aanleren van goed plasgedrag en helpen met het trainen en ontspannen van de bekkenbodem. Dit doen we onder andere met biofeedback training zodat u ook zelf kan leren om uw bekkenbodemspieren op goed onder controle kan krijgen. Als onderdeel van de totale diagnostiek voor uw klachten voert de bekkenfysiotherapeut bij de eerste intake een diagnostisch onderzoek uit voor de uroloog. Deze eerste intake is onderdeel van de urologische zorg, over de kosten van eventuele vervolgbehandelingen leest u hier verder

Leefstijl advies

U wordt voorzien van goede informatie ten aanzien van leefstijl. Daarbij helpen we u om het leegplassen te bevorderen en risicofactoren voor het krijgen van terugkerende blaasontstekingen te voorkomen.

Medicijnen

Soms kan een behandeling met een medicijn dat de plasbuis ontspant (alfa-1-blokker), de prostaat kleiner maakt (5-alfa-reductase remmer) of een medicijn dat de blaascontractie bevordert (distigmine) worden overwogen. Samen bespreken we welke medicijnen geschikt en veilig zijn voor u.

PTNS

Indien het gevoel vanuit de blaas verstoord is kan er PTNS (neuromodulatie) overwogen worden. Hoewel PTNS zeer goed werkt bij veel patiënten, werkt het niet bij iedereen. Dit is lastig om te voorspellen en meestal zijn er 4 tot 6 behandelingen van 30 minuten nodig om goed te evalueren of u baat heeft bij een PTNS behandeling. Lees verder over PTNS 

Operatie

Indien er sprake is van een verzakking waarbij u mogelijk baat zou hebben van een operatie, dan helpen wij u met een verwijzing naar een gynaecologie kliniek waar wij mee samenwerken. De gynaecologen binnen deze kliniek hebben veel expertise op dit gebied. Indien u niet meer zelfstandig kan plassen door een verzwakte blaasspier, kan het in enkele gevallen voorkomen dat u baat heeft voor het operatief laten plaatsen van een sacrale neuromodulator. Hiervoor kunnen wij u begeleiden naar de juiste kliniek of ziekenhuis.

Zelfkatheterisatie training

Indien het ondanks therapie niet voldoende lukt om te plassen, kan onze continentieverpleegkundige u begeleiden en trainen om veilig en hygiënisch zelf te leren katheteriseren.

De juiste zorg voor blaasontstekingen

Omdat u met uw uroloog niet het juiste resultaat heeft kunnen bereiken, is het belangrijk dat u goed voorbereid voor uw eerste consult komt. Wij vragen u daarom aandachtig en volledig de voorbereiding uit te voeren. Als u goed voorbereid komt, kan het consult volledig in het teken staan van diagnose en behandeling, zonder dat er eerst nog tijd moet worden besteed aan informatieverzameling. Bovendien krijgt u dan in één bezoek een goed advies.

Voorbereiding

Telefonische intake: bij uw aanmelding bij onze kliniek heeft de medisch secretaresse direct een telefonische intake met de gespecialiseerde verpleegkundige afgesproken. Zij neemt contact met u op om, aan de hand van een vragenlijst en een gesprek, te bepalen of en hoe wij u het beste kunnen helpen. De verpleegkundige plant met u een afspraak voor het bezoek aan de kliniek en verstuurt het voorbereidingspakket via email of post.

Voorbereidingspakket

Om te zorgen dat u optimaal voorbereid bent op het bezoek aan de uroloog en verpleegkundige, sturen wij u een voorbereidingspakket. We vragen u de volgende voorbereiding te doen:

Urinekweekuitslagen

Indien er bij de huisarts of elders eerder uitslagen zijn van uw urinekweken, is het zeer handig voor ons als u deze resultaten mee kan nemen naar het spreekuur. Dit helpt ons om zo snel mogelijk een effectieve behandeling in te stellen voor uw persoonlijke situatie.

Vragenlijsten symptoomscore en pijnervaring

Aan de hand van een korte vragenlijst geeft u aan in welke mate u last heeft van klachten. Daarnaast vragen wij u een vragenlijst in te vullen over hoe en in welke mate u pijn ervaart.

Plasdagboek

Ten slotte vragen wij u om gedurende 24 uur bij te houden wat u drinkt en hoe vaak en hoe veel u plast. En of u daar pijn bij ervoer. Hiervoor krijgt u een formulier dat u gedurende een volle dag bij u houdt. U kunt ook dit plasdagboek ingevuld meenemen naar het consult. De verpleegkundige bepaalt aan de hand van het plasdagboek uw plasfrequentie, plasvolume en maximale blaasinhoud.

Eerste bezoek aan de kliniek

De totale duur van uw eerste bezoek zal ongeveer anderhalf tot twee uur zijn.

Op de dag van uw consult meldt u zich aan de receptie en worden uw gegevens met u doorgenomen, zoals verzekeringsgegevens. Ook vragen wij u zich te identificeren.

De arts haalt u op uit de wachtkamer en zal eerst uitgebreid uw klachten en vragen doornemen. Zo zal worden gekeken of de urine in orde is. Soms wordt er nog wat urine afgenomen voor nader onderzoek. Nadat de arts dit met u heeft doorgenomen vinden er nog drie onderzoeken plaats:

  • een blaasonderzoek (cystoscopie)
  • een flowmetrie (meting van het plassen)
  • een residubepaling (volume achtergebleven urine na plassen).
  • mogelijk wordt er nog wat urine afgenomen voor nader onderzoek.

De belangrijkste onderzoeken zijn:

  • Vragenlijsten: symptoomscore lijst en een pijnvragenlijst
  • Plasdagboek
  • Urineonderzoek
  • Lichamelijk onderzoek: onderzoek van de prostaat
  • Flowmetrie met bepaling van de urine die achterblijft in de blaas (residu bepaling)
  • Blaasonderzoek (cystoscopie)
  • Indien nodig is een urodynamisch onderzoek mogelijk. Indien u met dit onderzoek instemt, zal een aanvullende afspraak worden gepland.

Het behandelvoorstel

Aan de hand van de resultaten van deze onderzoeken zal de arts de behandelmogelijkheden aan met u bespreken om zo samen tot de juiste aanpak te komen. Meestal is er sprake van een stappenplan waarbij het volgende met u besproken wordt:

  • De mogelijkheden van de behandeling en het te verwachten resultaat.
  • Uitleg over waarom bepaalde behandelingen mogelijk niet of minder geschikt zijn.
  • De eventuele redenen waarom een behandeling mogelijk voor u niet geschikt is.
  • Informatie over werking, bijwerkingen en complicatierisico’s van de voorgestelde medicatie en andere behandelingen.
  • Instructies en voorlichting die u voor een geslaagd resultaat moet volgen.
  • Instructies voor het verdere vervolgtraject.

Als één van deze punten niet duidelijk is, vraag er dan direct naar bij de arts of verpleegkundige. Als u later thuis nog vragen heeft, kunt u altijd bellen voor nadere uitleg. Indien nodig (en de specialist is niet direct beschikbaar) kan er dan een telefonisch consult worden afgesproken.

De arts zal een verslag van uw bezoek maken. Het origineel gaat naar uw huisarts en u ontvangt een kopie. U kunt verzoeken dat het verslag niet naar de huisarts wordt gestuurd.

Als u kiest voor een behandeling zoals neurostimulatie (PTNS) of blaasspoelingen, dan neemt de verpleegkundige u direct mee voor een eerste behandeling, waarbij zij ook het vervolgtraject uitlegt.

Bij blaasspoeling zal de verpleegkundige u aanleren hoe u zelf huis kunt spoelen. Ook zal zij zorgen dat u de spoelmiddelen in de juiste samenstelling thuisgestuurd krijgt en zal zij een controle afspraak maken.

Bij neurostimulatie zal de verpleegkundige de eerste behandeling doen en afsprakenreeks inplannen van 12 wekelijkse bezoeken.

Controle bezoeken

De uroloog zal met u afspreken wanneer u op controle moet komen om te bekijken of de gekozen behandeling het gewenste effect heeft of dat een aanpassing van het behandelplan gewenst is.
Alleen met doorverwijzing van uroloog

Voor blaasontstekingen kunt u alleen bij Andros terecht op doorverwijzing van uw eigen uroloog. Voor blaaspijnsyndroom, overactieve blaas en incontinentie kunt u wel rechtstreeks door de huisarts worden doorverwezen naar Andros.

Lees verder over:

Dr. Dick Janssen Arts
Auteur: Dr. Dick Janssen is arts bij Andros en doet wetenschappelijk naar blaaspijnsyndroom, overactieve blaas en urodynamica bij Radboudumc.
Laatste update: 21 mei 2024
logo zkn Keurmerk

Het ZKN-keurmerk garandeert kwaliteit, professionaliteit, veiligheid en hygiëne met onafhankelijke toetsingen.

Zoek, vind en waardeer zorgaanbieders op ZorgkaartNederland.nl
Patientenfederatie Nederland
Gemiddelde waardering op ZorgkaartNederland: 9.3

Andros Blaascentrum Bekijk 24 waarderingen

Artsenblog